Bock: het bier
Het verschil tussen de Münchener bock en het oude Einbecker kan bijna niet groter zijn: Einbecker was een bovengistend, goudgeel, hoppig, verfrissend en licht bitter tarwebier voor de zomer geweest, en bock was een ondergistend, lichtbruin, zwaar en zoetig voorjaarsbier, op basis van 100% gerstemout.
Er was nog één overeenkomst overgebleven: bock was net als het vroegere Einbecker een sterk bier, met (uiteindelijk) een derde meer mout gebrouwen dan het gewone lagerbier.
Het Bockbierstillleben van Johann Wilhelm Preyer uit 1839 toont hoe de bock er toen uitzag.
Het fenomeen van binnen
Bock werd in de jaren veertig van de 19e eeuw ook voor het eerst in boeken beschreven. Het had een sterk moutaroma, was wat donkerder dan het gewone bruine lagerbier en ook minder bitter van smaak, aangenaam zachtzoet. Zijn zoete, dikke en kleverige voorkomen dankt het aan de grotere hoeveelheid mout en de sterk onvolledige vergistingsgraad - met restsuikers tot gevolg.
Bock kreeg door de grotere hoeveelheid mout wel meer suikers
aan boord dan ‘gewone’ bieren, en daardoor een hoger alcoholgehalte. Naar onze huidige maatstaven viel dat overigens nogal mee. De bock van het Hofbräuhaus bevatte 4,5 tot 5 procent alcohol en ook maar zo’n viertiende procent meer dan de gewone bieren.
Later is de vergistingsgraad geleidelijk gestegen en werd het bier minder dik en zoet en sterker. De Hofbräu-Maibock bevat tegenwoordig zelfs 7,2 procent alcohol.
Meibier
Dit is de drank waarmee in München de meimaand traditioneel werd ingeluid. Het eerste vat (ein)bock werd in mei altijd feestelijk aangeslagen en vervolgens opgedronken. Opmerkelijk detail trouwens: volgens een getuigenis uit de beginperiode kwam hij niet al te schuimend uit het vat.
Kortom: de echte originele bock was en is een meibock! Dat begrip dateert overigens pas van later (rond 1875), toen er ook bocken op andere tijdstippen waren gekomen.
In zijn geboortestad is bock nog altijd in de eerste plaats een meibock. De Maibock-Anstich is een bijeenkomst vol bier en satire, in het buitenland veel minder bekend dan het Oktoberfest, maar in München zelf een belangrijke dag op de jaarkalender. De traditie rond (mei)bock is er springlevend!
Meer bock
Sinds de uitvinding van de koelmachine, rond 1880, is het brouwen van bock en ander lagerbier niet meer gebonden aan koele jaargetijden. Tegenwoordig is er dan ook het hele jaar door bock te vinden in Duitsland. Dat heeft, zoals het origineel, vaak wel het karakter van een feest- of gelegenheidsbier. Bock is in Duitsland nogal eens verbonden met hoogdagen, feestperiodes of seizoenen - de winter, Kerstmis of de vastentijd bijvoorbeeld. Vaak is dit dan een uitgesproken donker bier, terwijl de meeste meibocken tegenwoordig hell ofwel licht (‘blond’) zijn. Het is niet duidelijk hoe dat gekomen is; misschien vinden brouwers het beter passen bij de lente. Donker zijn ook de doppelbocken, die doorgaans 7 procent alcohol of meer bevatten.
In de twintigste eeuw is er tevens een versie ontstaan gebaseerd op weizenbier. Deze weizenbock is bovengistend en met tarwemout gebrouwen en staat dus eigenlijk dicht bij het aloude Einbecker (dat verdwenen is), maar is wel donkerder.
Vervolg: